Kamer doet 68% minder tijdens reces

Het reces is een belangrijk fenomeen in de Tweede Kamer. Het kerstreces houdt in dat er tussen 17 december en 10 januari geen vergaderingen gepland staan. Hoewel dit verschijnsel geen vakantie betekent, zorgt deze vergaderluwe periode voor een flinke afname in Kameractiviteiten.

Niet representatief

Deze keer presenteren we de cijfers van januari. Het is tweeledig een vreemde maand. Enerzijds vanwege het reces dat afliep op 10 januari maar ook vanwege het debat rondom de regeringsverklaring. Hierdoor werden de meeste Kamerleden pas echt effectief in de laatste week van januari. De cijfers komen dan ook niet in de buurt van een volledige werkmaand als november. Waar in november er in totaal, dus alle Kamerleden bij elkaar opgeteld, 150.365 punten zijn gehaald, was dat in Januari “slechts” 46.605 punten. Dat is een daling van ongeveer 68%.

Recessen

In de volgende maanden heeft de Tweede Kamer geen reces: Juni en November.

Alle andere maanden hebben minimaal 1 week waarin er geen vergaderingen plaatsvinden. Dit betekent niet dat er geen Kamerwerk gedaan kan worden. Kamervragen, normaal gesproken een van de laagst gewaardeerde indicators van de NPI, krijgen met het wegvallen van vele activiteiten ineens meer waarde. Ook de extra commissies en parlementaire enquetes, waar je maandelijks een vast aantal punten voor krijgt, tellen in deze maanden relatief zwaarder mee.

Volt

De fractie van Volt is het meest teruggelopen met 79% en de fracties van Den Haan, BBB en DENK het minste (ca. 50%). Dit is dan ook meteen terug te zien in onze puntentelling. Van de grote fracties (plus 5 zetels) is er een negatieve notering voor de PvdD (minus 72%) en een positieve notering voor de SP (minus 66%).

Eenpitters in het voordeel

Doordat er veel minder debatten waren, hebben de eenpitters deze maand een groter voordeel. Zij konden meedoen aan het debat over de kabinetsformatie en hebben daarna de vrije keus gehad bij andere (commissie)debatten. Waarbij andere partijen hun fractievoorzitter naar voren schuiven bij het debat over het nieuwe kabinet, sturen zij hun woordvoerders naar andere debatten. De punten worden dan gelijkmatiger verdeelt over de fracties. Hierdoor zien we weinig grote verassingen bij de fractieranglijst.

Gedeelde tweede plek

Doordat de punten die verkregen worden vanwege deelnames nu grotendeels vervallen, vallen andere resultaten nog meer op. De nummer 1 Caroline van der Plas (BBB) en de nummer 2 Liane Den Haan (Fractie den Haan) hebben hun hoge notering te danken aan hun aangenomen moties. Dit hebben zij gedaan bij de debatten over de Kabinetsformatie, Raad voor vervoer, telecommunicatie en Energie en coronadebatten.

De andere nummer twee, Stephan van Baarle (DENK), door zijn aangenomen amendementen bij de wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs.

De nummer 4, Joost Sneller (D66), heeft zijn hoge positie te danken aan zijn initiatiefwet ‘Beschikbaarheid basisbetaalrekening Nederlanders buiten de Europese Unie’.

Coalitiepartijen

Voor het eerst sinds het begin van de NPI staat er een Kamerlid van de VVD in de top 10. Ulysse Ellian is een nieuwkomer en hebben we wel al vaker in de “rookie”ranglijst hoge ogen zien gooien. Samen met nummer vier Joost Sneller (D66) en voormalig nummer 1 Pieter Grinwis (ChristenUnie), is het ook de eerste keer dat er drie Kamerleden van de coalitie in de top 10 staan.

Top 5

















































Vorige
Vorige

Nationale Politieke Index: de highlights van maart

Volgende
Volgende

Chris Stoffer (SGP) nummer 1 van de maand november